Jagend boven het weiland langs de spoorlijn achter de Rietputten. Zo wist ik het vrouwtje Blauwe Kiekendief vast te leggen.
Het laagstaande winterzonnetje geeft er die extra oranje-achtige gloed aan. Ze wist ons (Don en mij) een kleine vier uur in de ban te houden, telkens redelijk dichtbij opvliegend, maar dan net óf tegen de zon in óf van ons af. Een betere foto dan deze gunde ze mij ik elk geval niet. Goed genoeg ter ondersteuning van mijn registratie op waarneming.nl; dat wél.
Ik kiekte daar ook nog een kip-achtig beest. Een erg wit uitgevallen Buizerd wellicht? Zie de button "Meer foto's"
'Onze' IJseend heeft kennelijk besloten om op Scheveningen te overwinteren. Hij zit er namelijk nog steeds. Vandaag was hij bovendien bereid zich van iets dichterbij te laten fotograferen. Zo kom ik steeds een stapje dichterbij mijn allermooiste IJseend-foto.
Het lijkt wel alsof iemand deze juveniele IJsgors zout op zijn staart gelegd heeft, maar het is toch écht ijs. Om zijn naam eer aan te doen waarschijnlijk. Hij (of zij) zat te zamen met zes Sneeuwgorzen vanochtend voor de Semafoor. Het decor was perfect zo met dat rijp op het gras en op zijn staart. Alleen was de man van het licht nog niet helemaal klaar met zijn werk. Dan eerst maar even naar de overkant voor de IJseend. Die had, na zijn vislijnavontuur, dus niet de schurft aan de buitenhaven of aan mij gekregen. Sterker nog, ik werd door hem met applaus begroet. Ja, wij hebben wel iets met elkaar. Kijk maar in het Vogelalbum. Hopelijk weet hij de duizenden andere lijntjes, haakjes en loodjes verder te ontwijken en loopt hij geen loodvergiftiging op, maar ik vrees met grote vreze.
Toen ik later weer op Noord ging kijken of het licht al beter was, was het inmiddels zo druk geworden dat de groep niet meer in zijn geheel wilde landen. Alleen wat stoere Sneeuwgorzen durfden nog, maar daar kwam ik niet voor. Misschien wordt het morgen beter, maar het was nu al meer dan goed.
Deze IJseend dook in de Scheveningse Buitenhaven een visdraad op. Dat bleek geen goed idee. Hij raakte er dermate in verstrikt dat er een heuse reddingsoperatie op touw gezet moest worden. Na wat op hem ingepraat te hebben, kwam de aanzet daartoe van Rob. Die belde de Dierenambulance Den Haag en daarna ook nog de Brandweer. Omdat ze zelf geen boot bij zich hadden, schakelenden zij na aankomst op hun beurt de KNRM in. Die sloeg het beestje aan de (red)haak en kon het zo behoeden voor een wisse dood. De Dierenambulance leverde het af bij Vogelasiel De Wulp.
Daar constateerde men dat de vogel verder niets mankeerde en gretig het aangeboden voedsel van de bodem van het bassin opdook. Na diezelfde middag nog gewogen, gemeten en geringd te zijn, werd hij dan ook de volgende ochtend weer losgelaten. "De reden voor die snelle terugzet is het feit dat deze eenden kennelijk erg gevoelig zijn voor een of andere schimmelbesmetting en derhalve maar weer zo snel mogelijk terug moeten naar hun element." Aldus Vogelasiel De Wulp.
Prachtig om te zien hoeveel mensen zich bekommeren om één vreemde eend. Dame (Dierenambulance) en heren: hulde namens alle eenden!
Een tweede foto van de IJseend - nog zwemmend met visdraad - staat in het Vogelalbum.
Zie tenslotte ook Vincent's waarneming en Nol's bijdrage op Birdpix.
We gingen aanvankelijk voor de Witkopstaartmees in Park Sorghvliet. Helaas, verjaagd door de regen. Toen naar de zwaaikom voor de Kuifaalscholver. Helaas, daar afwezig. Toen naar de semafoor, want daar zat hij de laatste dagen ook wel. Helaas, ook daar niet. Maar wat we wél zagen toen we over de borstwering keken was een drietal Sneeuwgorzen. Twee mannetjes en een vrouwtje. Ook goed natuurlijk, zeker omdat we de eerste waren die ze zagen. Terwijl we daar stonden te kieken werkten we als een soort magneet. Eerst kwam Adri, toen nog wat mannen en even later ook Rinse met de melding van een IJseend ten noorden van het zuidelijk havenhoofd. Wij naar de kop van het noordelijk hoofd, maar van daaruit geen goed zicht. Omgereden en hem daar nog net zien wegvliegen...gr.... Terug bij de semafoor was het groepje Sneeuwgorzen uitgebreid tot vier. Ook nog even gekiekt.
Geen 'ijs' dus, maar wel 4x 'sneeuw' (en hagel). Hiernaast een van de mannetjes en de overige drie foto's in het foto-album.
Het leverde mij mijn eerste adulte Pontische Meeuw op, de zandopspuiting pal voor de deur. Vanuit het loggia-raam kon ik er goed oog op houden en plotseling stond hij daar. Beduidend witter dan de rest, donkerder oog in vergelijking met de Zilvermeeuw en ook een iets langere snavel. Het kanon in stelling gebracht en een paar fraaie prenten kunnen schieten voordat hij was gevlogen. De andere staan in het Vogelalbum en een (speciaal om de witte ondervleugel te laten zien) op waarneming.nl.