Het lijkt wel alsof iemand deze juveniele IJsgors zout op zijn staart gelegd heeft, maar het is toch écht ijs. Om zijn naam eer aan te doen waarschijnlijk. Hij (of zij) zat te zamen met zes Sneeuwgorzen vanochtend voor de Semafoor. Het decor was perfect zo met dat rijp op het gras en op zijn staart. Alleen was de man van het licht nog niet helemaal klaar met zijn werk. Dan eerst maar even naar de overkant voor de IJseend. Die had, na zijn vislijnavontuur, dus niet de schurft aan de buitenhaven of aan mij gekregen. Sterker nog, ik werd door hem met applaus begroet. Ja, wij hebben wel iets met elkaar. Kijk maar in het Vogelalbum. Hopelijk weet hij de duizenden andere lijntjes, haakjes en loodjes verder te ontwijken en loopt hij geen loodvergiftiging op, maar ik vrees met grote vreze.
Toen ik later weer op Noord ging kijken of het licht al beter was, was het inmiddels zo druk geworden dat de groep niet meer in zijn geheel wilde landen. Alleen wat stoere Sneeuwgorzen durfden nog, maar daar kwam ik niet voor. Misschien wordt het morgen beter, maar het was nu al meer dan goed.