In de vaart langs de Zuidbuurtseweg zwom een Futenechtpaar met vier jongen. Beide ouders doken telkens visjes op die ze aan hun jongen aanboden. Ze keken dan nauwlettend toe of het visje wel netjes werd opgegeten, anders boden ze het telkens aan het volgende jong aan. Bedankte ook de laatste voor de eer, dan verorberden ze het zelf.