Had ik gisteren nog de vrees dat #1 misschien wel kattenvoer was geworden; vanochtend bleek het tegendeel. Hij zat op zijn dooie (maar dan levend) gemak tegen de schoorsteen van het A-gebouw aan, lekker in het zonnetje. Moe hield boven hem de wacht.

Van Willem, de huismeester van het oude zendercomplex, hoorde ik trouwens dat hij gisterenavond vrolijk ronddartelde op het terrein en had kennisgemaakt met alle aanwezigen, inclusief de twee honden. Zij fotografeerden hem; hij vond alles best. Had ik dat maar geweten, qua nachtrust dus.

Tijdens onze ochtendwacht gebeurde er niets bijzonders, behalve dan dat #1 even showde dat hij al prima kan vliegen en landen. Een hele opluchting. Die redt het wel.
De vier nestjongen bleven dat, ondanks aansporingen van moe om eruit te komen. Maar ja, dan moet ze ze ook niet vetmesten daarbinnen, zoals ze vandaag deed. Daar worden ze net zo lui van als hun pa. Die doet ook alleen maar iets als ma hem de huid heeft vol gescholden. Het lijken verdorie net mensen!